Het crematorium op Zuiderhof.
Het crematorium op Zuiderhof. Foto: Bastiaan Miché

Rekenkamer: Veel mis met Uitvaartstichting Hilversum

Politiek

HILVERSUM - De gemeente Hilversum loopt risico's: Het is onduidelijk wat de verzelfstandig van begraven en cremeren de gemeente heeft gekost en in de toekomst nog zal gaan kosten. Dat is één van de conclusies van de rekenkamer in het onderzoek naar de activiteiten van de Uitvaartstichting Hilversum.

De gemeente Hilversum heeft verschillende begraafplaatsen, maar had tot enkele jaren geleden geen crematorium. De politieke wens om een 'eigen crematorium' (voor de Hilversummers) in Hilversum te realiseren, leidde in 2013 tot de financiering en bouw van een crematorium, dat werd ingepast in een gemeentelijk monument (Dudok) en in 2016 werd opgeleverd.

Het beheer en de exploitatie van het crematorium (Zuiderhof) en begraafplaatsen werden overgedragen aan de speciaal daarvoor door de gemeenteraad in 2016 opgerichte Uitvaartstichting Hilversum. Deze stichting moet begraven en cremeren met een hoog kwaliteitsniveau en tegen betaalbare tarieven mogelijk maken.

De rekenkamer heeft onderzocht hoe de gemeenteraad tot het besluit tot de oprichting van de Uitvaartstichting is gekomen. Naast de eerder genoemde conclusie over de risico's is de gemeenteraad ook nog verkeerd geïnformeerd, aldus de rekenkamer in een bericht met de kop 'haastige spoed...'. "Een belangrijke reden voor de verzelfstandiging was het jaarlijkse verlies op begraven, dat gecompenseerd zou kunnen worden met beoogde winsten op cremeren. Het jaarlijkse verlies op begraven was echter minder groot dan aan de raad gepresenteerd. Een exploitatiesubsidie aan de stichting bleek een lening te zijn en een voorziening voor het onderhoud aan graven bleek niet te bestaan."

Derde conclusie is dat de politieke wens om begraven en cremeren te verzelfstandigen in een stichting heeft geleid tot een onzorgvuldig en overhaast proces. "Het besluit tot verzelfstandiging werd genomen op 21 juni en op 1 augustus 2016 moest de stichting operationeel zijn. Op dat moment was echter de huisvesting voor het personeel en materieel nog niet geregeld en de administratie niet op orde. Ook is niet geheel voldaan aan de gedragsregels van de Wet Markt en Overheid en zijn de belangen van alle betrokkenen (bijvoorbeeld die van uitvaartondernemers) niet zorgvuldig tegen elkaar afgewogen."

De rekenkamer beveelt aan om bij toekomstige verzelfstandigingen de tijd te nemen om tot een zorgvuldig, goed onderbouwd besluit te komen. Daarvoor moet de raad het college vragen om volledige, juiste en duidelijke informatie. "De risico's die gemeente nu nog loopt met de uitvaartstichting moeten zoveel mogelijk worden beperkt."

Uit de krant