Kom van dat dak af: Koninklijke onderscheiding voor Peter Koelewijn

HILVERSUM - Een bijzonder moment maandagmiddag in het Wisseloord Café. Uit handen van burgemeester Pieter Broertjes ontving zanger Peter Koelewijn een koninklijke onderscheiding: die van Officier in de Orde van Oranje-Nassau.

De uitreiking was tijdens een jubileumfeest ter ere van de 60-jarige hit 'Kom van dat dak af'. De bekende en vaker uitgebrachte single was op 8 januari 1960 voor het eerst op de Nederlandse radio te horen, sprak Broertjes in een vol café. "Deze hit is slechts het begin van een lange en succesvolle carrière. Peter kan worden aangemerkt als één van de invloedrijkste artiesten uit de Nederlandse popmuziekgeschiedenis. Met zijn band de Rockets heeft hij vele andere hits gescoord."

De inmiddels 79-jarige Peter Koelewijn staat bekend als zanger, muzikant, tekstschrijver, componist, platenproducer, directeur van een muziekproductiebedrijf, artiestenmanager, muziekuitgever en bestuurslid van verschillende belangenverenigingen voor liedjesschrijvers en componisten. 

Voor zijn grote verdiensten ontving hij talloze prijzen en onderscheidingen, waaronder 35 gouden platen, 19 platina platen en 14 multi-platina platen. Broertjes: "Gesteld kan worden, dat Peter Koelewijn op allerlei vlakken een onuitwisbare stempel op de Nederlandse popmuziek heeft gedrukt."

Naast de muziek kon ook voetbalvereniging SEC op hem rekenen. Vijf jaar lang was hij voorzitter van deze voetbalclub in Soest, waar Koelewijn jarenlang woonde. Een paar jaar terug verhuisden hij en zijn vrouw Els naar Brabant, maar inmiddels woont het stel weer in deze regio.

In het bijzijn van familie, vrienden en collega's was officier Koelewijn toch wel ontroerd en vooral heel blij. En hoewel hij vele prijzen ontving, ontbrak nog dat ene lintje, sprak Koelewijn de aanwezigen toe. Bijna was het zo ver toen de maandag ook aanwezige Frits Spits enkele jaren terug Koelewijn voordroeg voor een onderscheiding. Hij was dat jaar echter aangehouden (en veroordeeld) voor rijden onder invloed en dus ging dat lintje toen aan zijn neus voorbij. Maandag kon hij echter roepen: 'Els, we hebben hem."