Een soepele zwaai is nodig om de bal te werpen.
Een soepele zwaai is nodig om de bal te werpen.

Petanqueclub De Gooiers naarstig op zoek naar jonge spelers

Sport

HILVERSUM - Het is een komen en gaan van auto's met voetbalkinderen op de achterbank op het Jagerspaadje. De fluit van de scheidsrechter is goed te horen vanaf het pad. Wie een stukje doorrijdt, stuit op ook een overvolle parkeerplaats. Maar ondanks de vele mensen is het een oase van rust op de velden van Petanque Club De Gooiers waar afgelopen weekend het NK Tête-à-Tête werd gespeeld.

De vrijwilligster van de kantine droogt haar handen aan een doek af en zucht. Dat was even flink aanpoten zojuist. Tussen de wedstrijden door staat haar bar, die normaal rustig en overzichtelijk is, ineens vol met sporters die een hapje en drankje willen bestellen. "We zijn het niet gewend dat er ineens zo'n horde mensen tegelijk koffie en een broodje willen", lacht ze.

Paradijs
Rob Steinpatz kijkt tevreden rond. Tweeënhalf jaar geleden is hij bij de club gekomen. Een uiterst actieve vrijwilliger is hij, geen lid van het bestuur, maar projectmatig zit hij als een spin in het web. Voor dit NK Tête-à-Tête heeft hij de communicatie op zich genomen. Trots kijkt hij rond. "Kijk nou toch naar de omgeving. Dit is toch een paradijsje?" De speelvelden worden omringd door frisse, groene bomen. Een lust voor het oog om te zien hoe jong en oud plezier heeft in dit aanstekelijke spel, vindt Steinpatz. Jong? Is petanque niet een sport voor mensen op leeftijd dan? De vrijwilliger lacht. Knikt met zijn hoofd. Ja. De eerlijkheid gebiedt hem te zeggen dat het vooral veertigers en vijftigers zijn die de ballen ter hand nemen. Maar dit weekend zijn er toch twintig jeugdspelers. Een van hen is de elfjarige Keanu de Boer. Redelijk opgewekt loopt hij naar buiten voor iemand die met 11-13 zojuist heeft verloren. "Ja, en ook nog van een meisje uit het Nederlands team", grijnst hij. Hij is de jongste van de club, zijn opa maakte hem warm voor de sport. Zijn broertje is ook nog een blauwe maandag lid geweest, maar koos voor een andere sport. Keanu niet. Hij heeft veel plezier in het spel. "Ik vind het zo veel leuker dan voetbal. Daar kun je ook allerlei blessures oplopen. Bij petanque niet." Veel van de vrienden van de jonge speler weten niet dat hij het spel speelt. Een verlegen lach. "Ik vertel het niet graag. Want ja, hoe zal ik het zeggen, ik denk dat sommige het toch een beetje raar vinden dat ik het speel." Hij speelt met de ijzeren ballen. Opa had gezegd dat hij eigenlijk nog te jong is voor deze boules. Op tien gram na wegen ze zevenhonderd gram. "Het zijn schildpadjes, zo worden ze genoemd. Komt door het profiel dat erin zit."


Hoge ballen
De jonge speler wordt getraind en gecoacht door Peter Bonarius. Lovend is hij over zijn pupil. "Keanu heeft talent. Mooi zijn zijn hoge ballen, die heeft hij goed onder controle." Hij betreurt het dat de jongen het enige jeugdlid is. Daar wordt aan gewerkt, verzekert de trainer. Hij hoopt net als Steinpatz dat petanque snel op de sportkaart wordt gezet. Mooi zou zijn als dat net zo als met darten is gegaan. Dat er een Raymond van Barneveld opstaat en dat heel Nederland de sport omarmt. Tot die tijd sporen de mannen spelende mannen en vrouwen aan hun kinderen mee te nemen naar De Gooiers.

"Petanque is een rustige sport waarbij het nodig is je goed te concentreren. Dat betekent dat je je emoties onder bedwang moet houden", legt Bonardius uit. Om de boules te werpen is geen explosieve kracht nodig, maar juist souplesse. Doordat explosieve kracht niet nodig is, kan het spel tot op hoge leeftijd worden gespeeld. Zo draait elke wekelijks een dame van 95 haar Hyundai de parkeerplaats op om het spelletje te spelen. Voordeel van petanque, vindt Steinpatz, is dat je het lekker buiten kunt doen. Alleen als het onweert kan het niet doorgaan. Maar dan kunnen de spelers gewoon hun spel op een van de zestien binnenbanen spelen.
Sponsor van de vereniging is Guus Vonck (48). Al 48 jaar fervent petanquer. "Ik kwam er mee in aanraking toen ik als jochie op vakantie was in Spanje. Later, toen ik een jaar of zestien was, ben ik in Nederland lid geworden van de club", vertelt Vonck tussen twee wedstrijden in. Wat de sport hem brengt? Vooral veel plezier. Er waren tijden dat hij op hoog niveau speelde, trainde hij dertig tot veertig uur per week. Nu hij eigenaar van Garage Zuid is, heeft hij veel minder tijd dan vroeger. "Als ik een uurtje per week kan spelen, ben ik al blij."

Uit de krant