CDA-wethouder Nicolien van Vroonhoven (voorop) opende het crematorium op vrijdag 29 juli 2016.
CDA-wethouder Nicolien van Vroonhoven (voorop) opende het crematorium op vrijdag 29 juli 2016. Archieffoto: Bastiaan Miché

'Uitvaartstichting groot blok aan het been'

Politiek

HILVERSUM - Hilversum heeft er alles aan gedaan om het begraven en cremeren zo snel mogelijk in een stichting te proppen. Daar gaat Hilversum de prijs voor betalen als het crematorium in Laren opengaat. Dan kan de in 2016 opgerichte Uitvaartstichting Hilversum wel inpakken, omdat dan duidelijk wordt dat de bedrijfsvoering totaal niet klopt.

Dat is de stellige overtuiging van Gerrit Bertelink, die 33 jaar werkzaam is geweest op de gemeentelijke begraafplaatsen in Hilversum, waarvan 25 jaar als uitvoerder. "De hele bedrijfsvoering is verkwanseld, doordat de politiek en het management heel snel een stichting hebben ingericht waarover ze glashard gelogen hebben dat ze daarmee bezig waren", aldus Bertelink.

Op basis van verkeerde cijfers (grotere voorgestelde verliezen) heeft de raad het politieke besluit genomen om het beheer van de drie begraafplaatsen (Noorderbegraafplaats, Bosdrift en Zuiderhof) en het nieuwe crematorium op afstand te zetten.

Volgens Bertelink zijn de betrokken ambtenaren buitenspel gezet, zijn er verkeerde managers aangenomen en zijn de lokale uitvaartondernemers totaal niet bij dit proces betrokken. De verzelfstandiging is een totaal verkeerde zet geweest, aldus de man die per 31 december 2015 is opgestapt. "De stichting moest de redding worden voor Hilversum, maar is een groot blok aan het been. Ze smijten met geld op en rond het crematorium, tot en met lelijke kantoorcontainers en reclameborden voor Lichtjesavond aan de lantaarnpalen aan toe", vervolgt hij.

Zodra het crematorium in Laren opent, is het einde oefening voor Hilversum. Dat is Bertelinks overtuiging. "Daar kun je normaal binnenblijven om te cremeren. Het technisch vernuft zal ook stukken beter zijn als op de Zuiderhof. Het is jammer dat het zo gelopen is", aldus de oud-medewerker.

Daarmee onderschrijft Bertelink voor een groot deel de eindconclusies van Rekenkamer Hilversum.

Lees verder in de digitale editie

Uit de krant