Afbeelding

Boodschappenaffaire: Wijdemeren houdt voet bij stuk, bijstandsboete blijft staan

Politiek

WIJDEMEREN - Het college van Wijdemeren blijft bij haar eerder genomen besluit in wat ook wel de ‘boodschappenaffaire’ wordt genoemd. Dit betekent dat een bijstandsgerechtigde inwoonster toch de 7.000 euro moet terugbetalen, omdat zij wekelijks boodschappen van haar moeder kreeg.

Dat meldt de gemeente op de eigen website na een rechtvaardigheidsonderzoek. De kwestie leidde eind vorig jaar tot flink wat ophef toen bleek dat al een jaar eerder de rechtbank Midden-Nederland de gemeente in het gelijk stelde in deze kwestie. Het ministerie van SZW heeft daarom toegezegd te gaan kijken naar meer maatwerk in de uitvoering van de Participatiewet. 

Al eerder had de gemeente besloten het dossier van deze inwoonster nog eens grondig door te nemen en te bekijken of het besluit van de gemeente in deze ook rechtvaardig was. Nu meldt de gemeente dat de vrouw vanaf eind 2015 een bijstandsuitkering ontving en recht had op diverse toeslagen. In 2018 startte de gemeente – nadat het inlichtingenbureau gesignaleerd had dat er een auto op naam van betrokkene was geregistreerd – een onderzoek naar de uitgaven van deze inwoonster. Daaruit bleek dat de vrouw drie jaar geen aantoonbare uitgaven zou hebben gedaan voor levensonderhoud. De uitgaven voor woonlasten, energie en zorgverzekering waren niet hoger dan passend bij het bijstandsniveau. 

Twee voertuigen
De hogere vaste lasten gingen vooral op aan de kosten van twee voertuigen; namelijk een auto en een motor uit het duurdere segment, aldus het college. “Het betrof overigens geen nieuwe voertuigen. Deze uitgaven hadden direct invloed op het budget dat overbleef om boodschappen te doen. Het college is van mening dat het iedereen vrij staat om zelf te besluiten waar je je geld aan uitgeeft, maar dit kan niet ten koste gaan van de uitgaven waarvoor de bijstand bedoeld is, namelijk uitgaven voor levensonderhoud.”

Mensen met een bijstandsuitkering hebben een aantal verplichtingen, waaronder het doorgeven van veranderingen in hun inkomens- of vermogenssituatie. Dit heet de inlichtingenplicht. “Mensen die in de gemeente Wijdemeren bijstand ontvangen, worden hierover geïnformeerd tijdens een speciale informatiebijeenkomst waarin hun rechten en plichten worden toegelicht”, aldus het college. “De betrokken inwoonster heeft een dergelijke bijeenkomst bijgewoond bij de start van de bijstandsperiode. De inwoonster heeft echter de veranderingen in haar vermogenssituatie (auto) en haar inkomenssituatie (ontvangst boodschappen door haar moeder) niet gemeld, terwijl ze daar wel toe verplicht was. Ook is zij in deze periode in het buitenland geweest zonder dit te melden.”

Ruim 7.000 euro
Bij de vaststelling van de hoogte van het terug te vorderen bedrag is in 2018 de zogeheten Nibud-norm voor levensmiddelen gehanteerd, vervolgt het college. “Ondanks herhaaldelijk verzoek heeft mevrouw geen gegevens overlegd waaruit een indicatie van de  waarde van de ontvangen boodschappen afgeleid kan worden. De periode waarin mevrouw geen aantoonbare uitgaven deed voor levensonderhoud duurde drie jaar. Daarom is de terugvordering vastgesteld op 7.039,96 euro. Er is geen boete opgelegd.

Na de uitspraak van de rechter in oktober 2019  is hoger beroep aangetekend door de advocaat van de betrokkene. De inwoonster hoeft de terugvordering niet af te lossen zolang de juridische procedure loopt. De datum van het hoger beroep is nog niet bekend.

Onheus behandeld
De gemeente voegt toe dat de publiciteit rondom deze casus ook direct effect op de medewerkers van de gemeente heeft die al dan niet betrokken zijn bij deze zaak. “In de afgelopen weken zijn deze mensen dikwijls unfair en onheus behandeld door – veelal anonieme - mensen op sociale media. Er lijkt een trend gaande om medewerkers in overheidsdienst maar beledigend, bedreigend en/of agressief te kunnen bejegenen. Het college roept iedereen op om daarmee te stoppen. De gemeente doet altijd aangifte bij de politie van alle bedreigende uitingen gericht aan politieke ambtsdragers en/of medewerkers.”

Uit de krant