'Zonder Klamer niet onze ambities bijstellen, maar eerder versnellen'
Ondanks alle hulp vanuit het college om bepaalde dossiers op gang te krijgen, laat wethouder Arjo Klamer zich niet helpen, vindt wethouder Wimar Jaeger.
HILVERSUM Inhoudelijk zijn er geen verschillen, maar wethouder Arjo Klamer (SP) heeft te weinig gerealiseerd om daadwerkelijk een deuk in een pakje boter te slaan, vindt nu ook Jaeger (D66). "En tot onze grote spijt hebben we moeten constateren dat de aangeboden hulp niet landt bij onze collega."
Het is dinsdagmiddag half één als burgemeester Pieter Broertjes, Jaeger en wethouder Floris Voorink (VVD) hun besluit om het vertrouwen in collega Arjo Klamer op te zeggen aan de aanwezige pers toelichten. De twee andere wethouders, Eric van der Want (D66) en Nicolien van Vroonhoven (CDA), horen het vanaf een afstand aan.
Volgens de vier wethouders is er een onwerkbare situatie ontstaan en dus konden zij niet anders dan het vertrouwen in Klamer opzeggen. "Vanaf december al hebben we geprobeerd om de portefeuilles waarop te weinig resultaat werd geboekt bij te sturen", zegt Jaeger. "Maar hij is niet in staat geweest om de resultaten te behalen die we hebben vastgesteld."
Volgens Jaeger was er vooral een verschil van inzicht in hoe je zaken moet aanpakken. Bovendien verwijt hij Klamer een gebrek aan reflectief vermogen. Ook na de motie van wantrouwen begin deze maand tegen Klamer, die net geen meerderheid haalde in de gemeenteraad maar wel de boel wakker schudde, veranderde er weinig. En zo ontstond er een blokkade in het collegiale bestuur en kon het college geen vervolg geven aan de toezegging aan de gemeenteraad om Klamer te helpen. "Op grond van deze redenen is een onwerkbare situatie ontstaan", aldus Jaeger. "Daarom hebben we in gezamenlijkheid en tot onze grote spijt moeten besluiten het vertrouwen in Arjo Klamer op te zeggen."
De publieke uitlatingen van de SP-wethouder van afgelopen week verbeterden de samenwerking allerminst. Klamer gaf onder meer aan meer goede ambtenaren nodig te hebben en meende dat de ambtelijke organisatie niet op orde was. Voorink, die onder meer P&O in zijn portefeuille heeft, is teleurgesteld over de opmerking dat ambtenaren het probleem zouden zijn. "Dat is volstrekt onterecht en niet gepast. De ambtenaren zijn ontzettend loyaal en het ambtelijk apparaat heeft ontzettend hard gewerkt."
Voorink erkent dat Klamer als nieuwkomer een ander soort bestuurder was dan men in het grote, gele raadhuis gewend is. Dat leverde zo nu en dan wel verfrissende ideeën op, echter: "af en toe was er ook een tolk nodig om de vertaalslag te maken tussen de professor en de ambtenaren".
Burgemeester Broertjes - net als Klamer een nieuwkomer - noemt het spijtig dat dit college, dat zich kenmerkt door daadkracht en loyaliteit, de eindstreep niet haalt. "We hebben er alles aan gedaan om dit te voorkomen. Alle wethouders zijn me even lief, maar dit vak moet je onder de knie krijgen. En daar zit het probleem."
Het vertrek van Klamer betekent dat de vier overgebleven wethouders (in ieder geval tijdelijk) allen een deel van de portefeuille van Klamer per direct op zich nemen. Dit snelle besluit is van belang, omdat er in juli enkele belangrijke commissie- en raadsvergaderingen zijn. Van der Want neemt Sociale Zaken en Welzijn op zich, Voorink krijgt Arbeidsmarkt en Werkgelegenheid (BUIG en Tomin), Jaeger mag zich bekommeren om Hoger Onderwijs en Beroepsonderwijs en Van Vroonhoven neemt Wijken en Buurten over. Zij wordt tevens wijkwethouder voor Noordoost en Zuidoost. Het college stelt de gemeenteraad daarbij voor dat Van der Want en Van Vroonhoven, nu allebei 0,7 fte, gezien de extra taken straks fulltimewethouder zijn.
'Er ontstond een blokkade in het collegiale bestuur'
Grote vraag is nu of de vier wethouders niet eerder - zoals een groot deel van de raad al deed - het vertrouwen in Klamer hadden moeten opzeggen. Er is tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van maart volgend jaar nog maar een paar maanden de tijd om bepaalde processen uit te voeren of op gang te krijgen. Jaeger wil ten eerste benadrukken dat er drie jaar lang heel goed met Klamer is samengewerkt en er veel waardering is voor zijn bijdrage. "Alle voorstellen van Klamer zijn door de coalitie en raad ondersteund constateert hij, om toe te voegen: "In de verschillende projecten zijn grote hoeveelheden geld geïnvesteerd. Er liggen tonnen op de plank, maar er gebeurt niets mee."
Jaeger is dan ook niet bang dat de verschillende onderwerpen nu vertraging oplopen. "We hoeven onze ambities niet bij te stellen, eerder versnellen. De rem is eraf."
Het vertrek van Klamer én de SP uit het college betekent wel dat ditzelfde college geen meerderheid meer heeft in de gemeenteraad. Van de 37 zetels hebben D66, VVD en CDA er samen 'slechts' zeventien (de SP heeft vier zetels). Toch gelooft Jaeger niet - althans, hij gaat er niet van uit - dat de oppositiepartijen tot aan de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2018 extra dwars gaan liggen. De houding van die raad is altijd constructief geweest en waarom zal dat veranderen? Wel komt er nog een gesprek met die oppositie.