Hilversum op een duurzame manier schoon maken
HILVERSUM Een biomassakachel, elektrische auto's, bladblazers en op het dak maar liefst 1800 zonnepanelen. Het zijn maar een paar voorbeelden waaruit blijkt hoe groen Tomin Groen, onderdeel van de Tomingroep in Hilversum, werkelijk is. "Maar wij vinden dit heel normaal."
Aan het woord is Erik van de Beld, hoofd bedrijfsbureau van Tomin Groen. Hij geeft toe dat er ooit een tijd was dat hij sceptisch was als het ging om duurzaamheid. Het was uiteindelijk Wubbo Ockels, die Van de Beld - in zijn woonplaats Zeewolde raadslid namens de ChristenUnie - 'bekeerde'. "Het zeilschip waar hij mee voer, was zo duurzaam. Dat wekte zo veel stroom op. Sindsdien heb ik een veel meer optimistische kijk op duurzaamheid."
Tomin Groen verzorgt onder meer het grootschalig onderhoud van openbaar groen, zoals parken, sportvelden, plantsoenen en rotondes. Daarbij werkt het zo veel mogelijk met milieuvriendelijke methoden en middelen. Zo wordt onkruid met heet water bestreden, dat deels afkomstig is uit de eigen houtkachel.
Inmiddels zijn veel machines elektrisch. Ook hierover had Van de Beld aanvankelijk zijn bedenkingen. "Maar het werkt wel. Sterker nog, het is fijner dan de gewone machines. Oké, het gaat iets langzamer allemaal, maar die tijd verdien je terug doordat je niet hoeft te tanken. En het is veel veiliger, stiller bovendien."
Maar ook veel bladblazers, heggenscharen en auto's zijn al elektrisch. En van die auto's wordt zo veel mogelijk gebruikgemaakt, zeker bij korte stops, zegt Van de Beld. Alleen de langere afstanden zijn nog 'een dingetje'.
Ook zijn er al vergevorderde plannen voor elektrische veegmachines. "Dat betekent 6 euro stroom in plaats van 50 liter diesel", aldus Van de Beld. "We moeten nog kijken of dit echt geschikt is, maar het zou geweldig zijn om met zo'n machine het centrum van Hilversum schoon te maken. En het scheelt ook fijnstof."
Is het hoofd bedrijfsbureau, al 25 jaar werkzaam bij Tomin, ook privé zo fanatiek en enthousiast over dit onderwerp? Ja, zegt hij. Hij is immers de lokale politiek ingegaan zodat er meer aandacht komt voor klimaatverandering. "En dan niet op de manier van het vingertje wijzen, maar meer in de stimulerende rol. En je ziet mensen veranderen, ze staan er meer open voor. Ze zien het ook om zich heen gebeuren. Mensen raken niet overtuigd van een folder, maar omdat de buurman het doet. En voor jongeren wordt het langzaamaan een sexy onderwerp. Dat stemt me hoopvol."