Lukas van der Sman vertelt over zijn deelonderzoek.
Lukas van der Sman vertelt over zijn deelonderzoek. Foto: Bastiaan Miché

‘Het verhaal van de oorlog naar het nu halen’

Foto's en verhalen van toen zijn op een eigentijdse manier vastgelegd in de tentoonstelling 'Terug naar 1940-1945'. Met deze expositie vragen de beeldmaker, de gemeente en Museum Hilversum aandacht voor onderzoek naar deze periode, omdat het belangrijk is om de geschiedenis vast te leggen en de verhalen door te geven.

HILVERSUM 'Opdat wij niet vergeten' is niet alleen de titel van het zondag uitgereikte boekje over 25 verzetshelden uit Hilversum, maar ook de boodschap aan de huidige generatie als het gaat om de Tweede Wereldoorlog. De geschiedenis moet levend blijven, is de opdracht. Dat gebeurt met de buitenexpositie 'Terug naar 1940-1945' van fotograaf Ahmet Polat en het onderzoek naar het dagelijks leven in die periode.

"Het verhaal van toen naar nu halen: daar heb ik met de tentoonstelling een soort van urgentie aan willen geven", legt Hilversummer Polat dinsdag tijdens zijn presentatie over de totstandkoming van de buitenexpositie op de Kerkbrink voor Museum Hilversum uit. Samen met leerlingen van het Roland Holst College heeft hij oorlogsverhalen in beeld gebracht. Zij hebben re-enactmentfoto's gemaakt: het naspelen van gebeurtenissen. Op basis van nagespeelde verzetsfoto's van direct na de oorlog hebben de fotograaf en de scholieren zich laten inspireren om het verhaal van dik zeventig jaar terug levend te houden.
"Dat hebben we op een niet-traditionele manier gedaan", meldt Polat. Op een eigentijdse manier, een die jongeren meer aanspreekt, is hij aan de slag gegaan met de leerlingen. Zo is hij met twaalf leerlingen de hort op gegaan in Hilversum om foto's te maken, maar vooral om jongeren de betekenis en het belang van die periode bij te brengen. Op de Bussumerheide zijn zij naar het herdenkingskruis geweest, de plek waar vijf verzetslieden zijn gefusilleerd. Daar hebben zij een executiefoto gemaakt. Volgens Polat had het vastleggen hiervan grote impact op de scholieren. "Dat was behoorlijk heftig", geeft de fotograaf aan.

Tot en met zondag 6 mei - dagelijks van 11.00 tot 17.00 uur - zijn de foto's van Polat en de Roland Holst-leerlingen te zien. Museum Hilversum en de fotograaf beschouwen dit niet als een eenmalig project. Beide willen met elkaar verdergaan. Museumdirecteur Stef van Breugel liet dinsdag weten dat de twee voor volgend jaar al plannen hebben. Dan duikt Polat de archieven in Zwolle in, omdat veel Hilversummers in de oorlog naar het oosten trokken en ook daar willen zij de jeugd weer bij betrekken.

"Fotograferen en onderzoek doen is een goede combinatie", meldt Van Breugel. Met 'Terug naar 1940-1945' willen de gemeente en het museum eveneens aandacht vragen voor onderzoek. Een van de huisjes buiten is ingericht als studio. Daar interviewt en portretteert Polat Hilversummers die hun oorlogsverhaal willen delen. Vastleggen, weten en delen zijn de hoofdfactoren. De opdracht volgens de museumdirecteur is om niet alleen terug te blikken op wat er gebeurd is, de geschiedenis moet jonge mensen ook aanspreken. Samenwerking met fotografen is daar een goed voorbeeld van. Dat maakt het levendig.
Documenteren gebeurt overigens al. Het onderzoek naar Hilversum in de Tweede Wereldoorlog loopt anderhalf jaar en moet in 2020 afgerond zijn met een boek, een integrale studie naar de bezettingstijd in de mediastad. "Er is veel te doen over de oorlog hier. Die moeilijke tijd in Hilversum is eigenlijk nooit beschreven", aldus Van Breugel. Onder leiding van onderzoekster Geraldien van Frijtag zijn studenten van de Universiteit Utrecht bezig om het dagelijks leven tijdens de Tweede Wereldoorlog in Hilversum te beschrijven. Door middel van persoonlijke verhalen beschrijven zij in acht thema's hoe de bezettingstijd hier is ervaren.

Voor de presentatie van Polat geven de jonge onderzoekers Rein Brobbel en Lukas van der Sman inzicht in hun tot nu toe vergaarde speurwerk. Brobbel is in de wereld van de Werhmacht in Hilversum gedoken. In het archief in Stuttgart heeft hij een briefwisseling gevonden tussen een Duitse vrouw, lid van het Rode Kruis, en haar man. Eind 1941 vertrekt deze Marijke naar Nederland. Ze komt eerst terecht in Den Haag, waar ze te horen krijgt dat ze in Hilversum wordt gestationeerd als gastvrouw van de Wehrmachtsheim - de plek waar Duitse soldaten komen om te ontspannen. Deze is gevestigd aan de 's-Gravelandseweg 57, het geconfisqueerde onderkomen van de herensociëteit.

In de brieven aan haar man schetst ze een beeld alsof ze op een Club Med-achtige bestemming terecht is gekomen. Ze vindt Hilversum mooi. Het is een charmante omgeving. Ze geniet van al het groen, de kleine binnenstad en de prachtige villa's. Het leven is hier heerlijk. De mensen met wie zij samenwerkt en de soldaten en hun gasten die ze ontvangt zijn prima. In de Wehrmachtsheim is het gezellig. Een van haar eerste taken is het inrichten van de herensoos. Ze moet dat 'organiseren', zoals ze meldt. Daarmee bedoelt ze dat ze schalen, schilderijen en dergelijke haalt uit huizen die de Duisters al gevorderd hebben. Voor haar is dit een komische gebeurtenis. "We rennen met z'n allen tegelijk naar binnen om alles mee te nemen. Zelfs het tapijt blijft niet over", is het voorbeeld dat Brobbel geeft.
Het besef dat het oorlogstijd is, komt pas later als steeds meer bekenden weg moeten naar het front in Oost-Europa. De gezelligheid neemt af. Marijke maakt het eerste bombardement in Hilversum mee en de angst voor een invasie door de Amerikanen neemt toe. Op 27 juli 1942 eindigt haar avontuur in Nederland. Op haar afscheidsfeest verschijnen 170 gasten. Wel laat ze aan haar man weten dat ze na de oorlog graag terugkomt in Hilversum. Ze heeft een aantal panden op het oog waar ze dat lekkere leventje wel wil voortzetten.

Het maken van de executiefoto op de Bussumerheide had veel impact

Collega-onderzoeker en Hilversummer van origine Van der Sman verdiept zich in het Hilversumse verzet. Ook hij heeft nieuw materiaal weten te achterhalen. Zo bleek de Dienst Wim, een spionage- en inlichtingennetwerk in Hilversum, actief te zijn. Ook heeft hij materiaal over de rol van de Nederlandsche Seintoestellen Fabriek. "Ik hoorde vooral verhalen dat er veel NSB'ers aanwezig waren, maar het blijkt toch dat het een broeinest van verzet was."

Hilversum tijdens de oorlog komt morgen - vrijdag 4 mei - ook nog aan bod in het museum. Om 15.00 uur geeft historicus Pieter Hoogenraad een lezing over dit onderwerp. Maarten Kaptein vertelt zondag 6 mei over de glorie van de Spitfire in de Battle of Britain. Dat doet hij om 15.00 uur. Bij beide activiteiten is de toegang gratis. Wie sporen van de Duitse bezetting wil zien, kan vrijdag, zaterdag of zondag mee met een gids. De fietstocht begint alle dagen om 14.00 uur op de Kerkbrink. De kosten bedragen 3 euro per persoon.

Rein Brobbel praat over de Wehrmacht in Hilversum.
Met de 'containerhuisjes' extra aandacht vragen voor de expositie.
Uitleg over het spionagenetwerk.
De buitenexpositie trekt al de hele week de nodige bezoekers.
Burgemeester Broertjes in Polats studio.
De executiefoto gemaakt op de Bussumerheide.
Een backstagefoto van de shoot met leerlingen van het Roland Holst.
Een re-enactmentfoto op het station.