Er komt meer kijken bij woningbouw dan alleen ruimtelijke factoren
Met nieuwe bouwprojecten is helemaal niks mis. Die geven Hilversum ook een impuls, maar zorgvuldige afwegingen zijn hierbij wel nodig, aldus het college.
HILVERSUM Dat er iets moet gebeuren in de spoorzone staat ook voor het college van burgemeester en wethouders onomstotelijk vast. Een kwalitatieve impuls, ook op het gebied van woningbouw, is nodig. Daar hoort wel een maar bij; de balans tussen de verschillende functies speelt hierin een bepalende rol.
Dat is de reactie van het college op schriftelijke vragen van de ChristenUnie (CU). De fractie is in de pen geklommen nadat vier projectontwikkelaars in deze krant aan de bel trokken. Zij lopen met hun bouwplannen om onduidelijke redenen vast in de gemeentelijke molen. CU-raadslid Tjerk Pelsma uitte zorgen over de voortgang van de woningbouwprojecten op zogeheten inbreidingslocaties, zoals die van de Leen Bakker op de Korte Noorderweg. De politicus is geschrokken van de vertraging die de plannen oplopen, terwijl de roep om (meer) woningen in Hilversum en omstreken groot is.
Transformatie van leegstaand commercieel vastgoed is volgens het college in de afgelopen jaren een effectieve manier geweest. Vanuit het raadhuis wordt gewezen naar het oude KRO-gebouw, het Lucentterrein, de Melkfabriek en Villa Industria. "Potentiële transformatielocaties die nu in beeld zijn en mogelijk in aanmerking zouden komen voor woningbouw vergen een nieuwe, zorgvuldige afweging. Daarin speelt niet alleen veranderend inzicht rondom werkgelegenheid een rol, maar ook andere ruimtelijk bepalende vraagstukken, zoals cultureel erfgoed, de energie/klimaatopgave en de meerwaarde van de omgeving", is de schriftelijke reactie.
Meest sprekende voorbeeld is dat van de Leen Bakker aan de Korte Noorderweg. De eigenaar is door de gemeente zelf benaderd met de vraag of hij het gebouw, dat midden in de spoorzone ligt, een nieuwe bestemming wilde geven. Daar is de eigenaar mee aan de slag gegaan. Na plannen gepresenteerd te hebben in het raadhuis, later ook aan de omwonenden, moest hij terug naar de tekentafel. Woningen alleen was niet genoeg. Er moest wonen-werken komen, luidde de nieuwe opdracht. Daaraan is voldaan, maar de plannen liggen nu in het raadhuis. Ook hier wijst het college op evenwichtigheid bij initiatieven in de spoorzone. "Belangrijk punt daarbij is de balans tussen de verschillende functies. Meer specifiek gaat het om wonen, werken en voorzieningen", aldus het college.
Opvallend genoeg is in de schriftelijke reactie te lezen dat deze regio ten opzichte van andere regio's vooral achterblijft op het gebied van werkgelegenheidsontwikkeling. Met de voortgang van de woningbouw zit het op zich wel snor. Wel geeft het college toe dat de totale productie iets achter ligt op schema, maar qua sociale woningbouw presteert Hilversum boven ambitie. In de afgelopen twee jaar zijn 575 nieuwe woningen neergezet, waarvan 56 procent sociaal, staat in de brief. En met de 310 nieuwe woningen per jaar zit de gemeente boven het langjarig gemiddelde van 200 à 250 woningen per jaar.