Maandag 15 oktober gaat het nieuwe beleid officieel in: foutparkeerders moeten betalen.
Maandag 15 oktober gaat het nieuwe beleid officieel in: foutparkeerders moeten betalen. Foto: Bastiaan Miché

'Fiets niet meer tegen de gevel mogen parkeren is bijna aanval op levensstijl'

Wie vanaf maandag zijn fiets verkeerd stalt in het centrum krijgt hem pas terug als ervoor betaald is. De tijd van mild handhaven is voorbij. Het nieuwe beleid moet nu wel bekend zijn.

HILVERSUM De ophef over het nieuwe fietsparkerenbeleid is groter dan verwacht. Daar kijkt wethouder Arno Scheepers een beetje van op. Nog een paar dagen handhaaft de gemeente op een milde manier. Wie vanaf maandag zijn fiets verkeerd neerzet in het centrum moet betalen om zijn eigendom terug te krijgen. De VVD'er denkt niet dat het druk wordt in het depot, want met het aantal opgehaalde fietsen valt het best mee.

"Ik snap dat mensen er niet blij mee zijn. Zij moeten hun routine veranderen. Dat kost even tijd. Maar wie zijn fiets willens en wetens verkeerd neerzet, moet op de blaren zitten", vindt Scheepers. Inmiddels moet het nieuwe beleid zijn ingedaald. Daar is tijd genoeg voor geweest. Op woensdag 1 augustus is de gedragscampagne met onder andere de inzet van fietscoaches van start gegaan. Dat is inmiddels een dikke twee maanden geleden. Sinds maandag 17 september handhaaft de gemeente mild, zoals dat heet. In die tijd zijn 168 opgehaald. Al met al vindt de wethouder dat die aantallen meevallen. "Gemiddeld zijn dat zo'n elf op een dag."

Het nieuwe stalverbod is absoluut geen fietsertje pesten, benadrukt Scheepers. In opdracht van de gemeenteraad maakt Hilversum werk van een aantrekkelijker en gastvrijer centrum. Criticasters ervaren de gedragscampagne als negatief en vinden dat de handhaving een averechts effect heeft: het jaagt bezoekers weg uit het centrum. Volgens de nieuwe regels mogen fietsers hun vervoermiddel niet langer overal maar stallen. Parkeren mag alleen nog op de daarvoor aangewezen plekken. Dat is tevens een vurige wens van de winkeliers, bewoners van het centrum en de hulpdiensten, luidt de toevoeging van de wethouder. De noodzaak om orde te scheppen in de geparkeerde wildgroei van blik is groot en wordt breed gedragen.

Wie gedrag probeert te beïnvloeden of aan te passen, stuit op weerstand. Met die wetenschap heeft de liberaal rekening gehouden. Dat het verzet zo heftig zou zijn, verbaast Scheepers toch wel. Vooraf dacht hij dat het fietsparkeren een paar gradaties minder intens zou worden ontvangen dan het stallen van de auto. Dat is een misvatting. "Het heeft meer losgemaakt dan verwacht", biecht hij op. "Mensen voelen het als een verworven recht, het zit in ieders DNA, om de fiets tegen de gevel van de winkel aan te zetten. Het is bijna een aanval op de levensstijl."

Twijfels zijn er bij inwoners over de juridische geldigheid. Sloten doorknippen van fietsen of tweewielers die net zijn neergezet direct weghalen, zou niet mogen. Dat zijn veelgehoorde klachten. Scheepers benadrukt dat de gemeente vooraf haar huiswerk goed gedaan heeft. "Alles is keurig juridisch uitgezocht. Vergeet niet dat wij niet de eerste gemeente zijn in Nederland die hieraan begonnen zijn", zegt hij.

Alle zaken rondom het nieuwe beleid zijn geregeld. Daar was een zogeheten 'aanwijsbesluit' voor nodig. Die vindt zijn grondslag in de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV). Hierin is onderscheid gemaakt in verschillende fietsen en situaties. Voor weesfietsen - fietsen die wekenlang in stallingen blijven staan - geldt dat deze na drie weken richting het depot aan de Kerkbrink mogen. Dan gaat het vervolgens om gevaarlijke geparkeerde fietsen en hinderlijk neergezette stalen rossen. Handhavers mogen direct in actie komen als het gaat om de eerste categorie: als tweewielers bijvoorbeeld de doorgang van de hulpdiensten blokkeren. "Dat is on the spot weghalen", aldus de wethouder. In hinderlijke gevallen geldt een termijn van vijftien minuten. "Dat is een redelijke termijn, waarin je de mensen een kans geeft hun fout te herstellen."

'Het fietsparkeren heeft meer losgemaakt dan verwacht'

Zoals bij de auto moeten Hilversummers vooraf beter nadenken waar zij hun fiets in het centrum gaan neerzetten en iets verder lopen dan dat zij gewend zijn. Dat is even wennen, ook voor de wethouder, zo maakt hij kenbaar. Meest gehoorde klacht is het gebrek aan parkeerplaatsen. Dat bestrijdt de wethouder. "Dat is echt een soort van deformatie", vindt hij. Uit meerdere tellingen blijkt dat Hilversum voldoende capaciteit heeft. In totaal gaat het om 2.800 beschikbare plekken in het centrum. De laatste meting was op woensdag 27 juni, een marktdag. Toen stonden er 2.422 fietsen. Ook zonder inpandige fietsenstalling, waar de VVD'er dit najaar een mededeling over hoopt te kunnen doen, gaat voor hem het capaciteitsprobleem niet op.

"Je moet eerst even kijken waar je de fiets neer kunt zetten. Er is altijd plek. Zaterdagmiddag liep ik door het centrum. Op het Wagenmakersplein was nog plek voor dertig of veertig fietsen en bij de ANWB was ook nog voldoende plek", meldt Scheepers. Volgens hem zit het 'm vooral in de gewoonte dichtbij te parkeren. "Twee weken geleden was het een regenachtige zondag. Genoeg plek om de fiets in de rekken te zetten, maar 80 of 90 procent stond verkeerd geparkeerd. Het is een kwestie van de routine aanpassen."