'Durf anders om te gaan met maatschappelijk vastgoed'
"Het kan allemaal veel beter." En daarom pakt Jacqueline van Oostveen de handschoen op. Er moet wat haar betreft meer oog zijn voor maatschappelijke projectontwikkeling.
HILVERSUM Bedenk goed wat je met het maatschappelijk vastgoed doet. Dat klinkt als een reclameslogan, maar is meer een oproep aan de gemeente én de politiek om panden en terreinen niet alleen te verkopen om woningbouw te laten realiseren. Heb als gemeente ook oog voor lokale initiatieven, zo luidt het appel van Jacqueline van Oostveen. Daar is haar eigen cultuurhuis Over 't Spoor in het oude Theater Achterom een voorbeeld van.
"Ga eens op een bus zitten wachten op het Stationsplein. Dat is niet prettig. Of kijk naar dat tochtgat tussen het Sociaal Plein en Entrada. Zelf woon ik in de Bloemenbuurt; een ontwerp van Dudok. Een van zijn uitgangspunten was dat mensen daar gelukkig moeten zijn en dit is van honderd jaar terug. Ik verbaas me nog steeds over de schoonheid die ik zie in mijn eigen wijk", aldus de Hilversumse.
Van Oostveen is omgevingskunstenaar en het maatschappelijke vastgoed gaat de Hilversumse aan het hart. In de loop der tijd is er te veel verkwanseld. Te vaak draait het om de meeste opbrengst. De gemeente verkoopt gronden en panden aan de hoogste bieder. Daarmee verdwijnen deze voor lokale maatschappelijke initiatieven en daar zijn er volgens Van Oostveen al zo weinig van in Hilversum. Als voorbeeld geeft ze de urban farming die nu ook door heel Hilversum hopt en geen vaste locatie meer heeft. Hetzelfde geldt voor Stichting Magdalena, die overal maar tijdelijk gebruik van kan maken. In haar ogen zijn dit wel organisaties die de gemeente mooier en levendiger maken, maar waar weinig plek voor lijkt te zijn.
Luister als politiek naar wat de inwoner wil en creëer daar dan ook mogelijkheden voor. Zij pleit voor betere burgerparticipatie en hoopt dat ideeën vanuit de samenleving daadwerkelijk iets in gang kunnen zetten. "Maatschappelijk vastgoed is gemeentelijk bezit en dus ook van ons Hilversummers", stelt zij. "Als veel van dit vastgoed aan commerciële individuele partijen, organisaties en bedrijven word verkocht dan hebben de Hilversummers dit bezit niet meer voor lokaal en eigen gebruik. Dus worden we feitelijk armer omdat we niet iets te zeggen hebben over wat er met de opbrengst en winst wordt gedaan", luiden haar vervolgwoorden.
Haar oproep aan de gemeente en de politiek is simpel: kijk anders naar het maatschappelijk vastgoed en durf andere keuzes te maken. Er bestaat ook zoiets als maatschappelijke projectontwikkeling. Daarmee komt er ruimte voor sociaal, maatschappelijk, creatief, duurzaam en cultureel gebruik. "Alles wordt nu woningen. Commercieel is dat interessant, want dat levert veel geld op. En ik snap dat de woningnood hoog is, maar zijn woningen in plaats van maatschappelijk vastgoed altijd relevant?", is de vraag die zij stelt.
Van Oostveen is niet het type om aan de zijlijn te blijven staan om alleen kritiek te uiten. Ze is een bezige en betrokken bij. Zo is vanuit de Bloemenbuurt een belangrijke pion bij de voorgenomen wederopbouw van het nieuwe wijkcentrum De Lelie. Daarnaast heeft zij plannen ontwikkeld voor het stationsgebied, het terrein op de Orchideestraat, de speeltuin aan de Neuweg en nu ook voor de Eemnesserweg 7a. Op deze laatste plek wil de omgevingskunstenaar ('Ik denk altijd vanuit de locatie') een kleinschalige, culturele buurtplek realiseren. Een locatie waar dans, theater, muziek en beeldende kunst samenkomen en waar een groene buurttuin is.
In de loop der tijd zijn er veel panden verkwanseld
De komende twee maanden gaat de Hilversumse een haalbaarheidsonderzoek doen naar haar bedachte cultuurhuis. Is er genoeg animo voor dit idee en zijn er voldoende partijen om het pand te kopen? Gisteravond - woensdag 9 januari - verzorgde zij een inloopbijeenkomst in De Kleine Lelie om het enthousiasme te polsen. Momenteel graaft zij zich in de dikke en moeilijke leesbare verkoopbrochure van ruim 120 bladzijden. Voor maart moet zij klaar zijn, want dan moet er een bod uitgebracht worden. Volgens Van Oostveen is het bieden vanaf 550.000 euro. De WOZ-waarde is 670.000 euro.
Op een breder vlak hoopt zij dat Hilversum een andere koers wil en durft te varen in het beleid. "Ik wil geen spelbreker zijn in het vastgoedbeleid, maar ik wil het wel graag open breken en samen zoeken naar duurzame verbetering en vernieuwing in het beleid", zegt zij. Dat betekent bijvoorbeeld echt ruimte geven aan maatschappelijke initiatieven in gemeentelijke panden, zoals de Eemnesserweg 7a. Ook op het gebied van financiën. Van Oostveen oppert vormen van leningen, sociale hypotheek, subsidies, personele ondersteuning voor advies, huurkoopregelingen en meer voor het aankopen van maatschappelijk vastgoed. "Veel gebouwen zijn al afgeschreven en juist daarom zitten daar kansen. Zoek naar mogelijkheden; we willen graag meedenken", zijn de voorbeelden die ze hiervoor geeft.