'Dit is de stad van de muziek'

Vervolg voorpagina

Cultuurwethouder Wimar Jaeger is dolblij met de komst van de stationspiano naar Hilversum. "Het station is een plek waar ongelooflijk veel mensen samenkomen en 'welkom' worden geheten. Alles wat er gebeurt om dat op te luisteren, juich ik toe."

Samen met burgemeester Pieter Broertjes en regiodirecteur Irma Winkenius van de NS opent Jaeger de piano en zal hij er even op 'pingelen'. Maar hij wil zichzelf zeker niet vergelijken met de muzikanten van de verschillende orkesten die Hilversum rijk is. Jaeger denkt er dan ook aan om deze topmusici op het station uit te nodigen. "Dit is de stad van de muziek", zegt hij. "Met bijvoorbeeld het Radio Filharmonisch Orkest, het Metropole Orkest en het Dudok Ensemble is er ongelofelijk veel muziek in deze stad."
Dat er nu toch in Hilversum een stationspiano komt, is volgens Jaeger vooral te danken aan burgemeester Broertjes. "Hij heeft op de juiste knoppen kunnen drukken."


Akkoord met verlaging marktgelden

HILVERSUM De marktgelden zijn verlaagd. Deze politieke wens is ingewilligd. Het college van burgemeester en wethouders is akkoord met de aanpassing van de tarieven, nu de raad nog.

Eind 2017 ging de gemeenteraad akkoord met een verhoging van het tarief: van 75 naar 85 cent per vierkante meter per dag. Met de realisatie van het nieuwe Marktplein zou het tarief weer kostendekkend zijn. Volgens wethouder Wimar Jaeger was dit voornemen besproken met de marktcommissie. Toen de verhoging was doorgevoerd, leidde dat toch tot verzet bij de marktkooplui. Zij boden vorig jaar onder meer een petitie aan. Ook politiek zorgde dat voor veel vragen.

Nu zijn de kosten opnieuw bekeken en is het besluit genomen om de marktgelden te verlagen. De raad heeft deze wijziging al vastgesteld in de begroting van 2019. “Omdat de marktgelden voor 2018 op dezelfde kostenposten zijn gebaseerd vond het college het correct om de aanpassing met terugwerkende kracht voor 2018 aan te passen”, luidt de uitleg. Het gaat om een bedrag van 20.000 euro over 2018. Binnenkort bespreekt de raad de voorgestelde verlaging.