Erik van Zadelhof.
Erik van Zadelhof. Foto: Bob Awick

Erik van Zadelhof: 'De balkonscène'

Erik van Zadelhof is een van de vele vrijwilligers binnen Hospice Kajan in Hilversum. Met enige regelmaat verschijnt in De Gooi en Eembode de rubriek 'Het Laatste Stuk', een geanonimiseerd verhaal uit de praktijk. Dit keer: 'De balkonscène'.

Mevrouw Klaassens was een sopraan die niet onverdienstelijk opera's zong. Als amateur heeft ze vele bekende partijen vertolkt: de Barbier van Sevilla, La Traviata, de Bruiloft van Figaro, ze kennen geen geheimen meer voor haar. En nu is ze uitgezongen. Als ze met morfine tegen de pijn wat apathisch in haar bed ligt, is er maar weinig dat nog doet herinneren aan de zangvogel die ze eens was.
Voor de vrijwilligers en de verpleegkundigen is het dan soms moeilijk te interpreteren hoe deze dame de dag begint. Als ze kinderen denkt te zien in de tuin die er niet zijn, reageert de staf invoelend. Een druppel Haldol zorgt ervoor dat haar beelden en wazigheid weer wegtrekken. Maar vlak haar nog niet helemaal uit, want terwijl ze vergeetachtig is, heeft ze af en toe ook oplevingen waarin ze helder is. De uitdaging is dus om wat ze zegt niet te snel met een korreltje zout te nemen, want soms heeft ze opeens rake opmerkingen en verbaast daar dan de staf mee.

Vanochtend meldt vrijwilligster Ina aan verpleegkundige Corry dat mevrouw Klaassens weer in de war is: op haar balkon zitten mensen. Corry hecht er geen geloof aan omdat de kamer van mevrouw helemaal geen balkon heeft. Maar ze gaat wel meteen checken hoe het met haar is.
Op haar kamer vraagt ze of ze goed geslapen heeft? Hoe ze zich vandaag voelt? En of ze al heeft nagedacht over hoe ze haar ontbijt wil? Terloops informeert Corry naar de mensen op haar balkon en maakt zich op haar een druppeltje toe te dienen. "Nou," zegt mevrouw, "ze zitten daar al de hele ochtend te praten en te roken." Beleefd kijkt Corry door het raam naar het niet-bestaande balkon. Maar verdraaid, ze moet vaststellen dat deze bewoonster het nu wel degelijk goed heeft gezien. Er zitten dan misschien geen mensen op het balkon van haar kamer, maar wel op dat van het pand ertegenover.
Wat beschaamd over haar eigen, te snelle aanname deelt ze deze ervaring met de collega met wie ze de ochtenddienst deelt. Die zegt met een knipoog: "Heb jij dan nog nooit gehoord van Romeo en Julia? Als operazangers het over een balkonscène hebben, moet je dat bij uitstek serieus nemen!"