De vrouw werd pas drie dagen later gevonden.
De vrouw werd pas drie dagen later gevonden. Foto: Bastiaan Miché

Achttien jaar celstraf geëist voor moord in villa aan Waldecklaan

HILVERSUM De 23-jarige verdachte uit Rotterdam die op 6 juli vorig jaar een 22-jarige vrouw vermoordde in een woning aan de Hilversumse Waldecklaan, hoorde voor de rechtbank Lelystad achttien jaar eisen wegens moord. De vrouw werd met 27 messteken om het leven gebracht. De man zegt dat hij uit zelfverdediging handelde omdat zijn vriendin hem zou hebben aangevallen.

De politie vond het dode lichaam van de vrouw pas drie dagen na de moord na een melding uit de buurt over een sissend geluid dat uit de woning kwam. De verdachte heeft na de moord een poging gedaan om zich van het leven te beroven. Hij verklaarde dat hij zich gedoucht heeft, pillen in heeft genomen en naar de A27 is gelopen. Hij liep onder een auto, maar overleefde het ongeluk. In het ziekenhuis hield hij zijn mond over wat er in de Waldecklaan was gebeurd. Pas tien dagen later kon hij worden aangehouden.

Het slachtoffer en de man kenden elkaar uit een privéclub in Rotterdam. Zij hadden kort een relatie. Twee dagen voor de moord is het stel naar de woning in Hilversum gegaan waar het slachtoffer in een woning van een vriendin verbleef. De man had die avond een incident waarbij hij een snee in zijn gezicht opliep. Opvallend was dat hij daar niets over wilde vertellen tijdens de zitting. Steeds opnieuw deed hij er, tot grote irritatie van de rechtbank, het zwijgen toe met de woorden: 'Geen commentaar.'
In een telefoongesprek met zijn vader vertelde hij dat hij werd afgeperst. Op de telefoon van het slachtoffer heeft het OM gelezen dat de vrouw wilde dat hij vertrok. Volgens het OM zouden zij daar ruzie over hebben gekregen, die eindigde in de steekpartij. De vrouw kreeg zes fatale steken toegebracht en liep een slagaderlijke bloeding op. Ze had dertien steekwonden in haar rug.
Het Openbaar Ministerie gaat uit van moord omdat de badkamerdeur dicht heeft gezeten tijdens de steekpartij: "Het slachtoffer kon geen kant op." Uiteindelijk zou de vrouw langs de verdachte de badkamer uit zijn gevlucht naar de woonkamer, waar zij later is gevonden. Het OM ziet de steekwonden aan de linkerkant van haar gezicht als bewijs daarvan.
Zelf gaf de verdachte een andere lezing. De vrouw zou hem opeens hebben aangevallen met een mes toen hij onder de douche stond. Hij pakte het mes af en stak haar toen neer. De reden waarom hij haar alsnog had gestoken toen hij het mes had afgepakt, beantwoordde hij met: "Ik was bang."
De officier van justitie vindt het verhaal van de man op vele punten onbetrouwbaar. Zo laat zijn geheugen hem op cruciale momenten in de steek. De officier: "Verdachte weet exact hoe het slachtoffer hem zou hebben aangevallen en hoe hij haar in de buik heeft gestoken, maar van de dertien steken in haar rug weet hij niets."
De advocaat van de Rotterdammer vindt het motief voor moord veel te mager. Zij stelt dat doodslag is bewezen, maar dat haar cliënt vanwege noodweer ontslagen moet worden van alle rechtsvervolging.

De rechtbank doet op 2 juli uitspraak.