Cel voor geweld in spoortunnel
HILVERSUM De 22-jarige man uit Huizen tegen wie drie maanden celstraf was geëist wegens openlijk geweld op 14 oktober 2018 in de spoortunnel in Hilversum is veroordeeld tot een celstraf van zes weken waarvan vier weken voorwaardelijk.
Daarnaast moet hij een taakstraf van honderd uur uitvoeren. De rechtbank heeft in de straftoemeting laten meewegen dat de man eerder met justitie in aanraking is geweest wegens geweldsmisdrijven, maar ook dat hij kort na het incident vader is geworden en sindsdien op zijn tellen past. Zijn maat die ook een robbertje meevocht die nacht kreeg een taakstraf van 140 uur. Hij was nooit eerder met politie in aanraking geweest.
De mannen waren die avond op weg om uit te gaan in Hilversum. De twee zouden volgens de rechtbank, nadat een man verhaal kwam halen toen de vrienden zijn vriendin 'lekker wijf' toeriepen, op de jonge mannen zijn afgelopen. Volgens het tweetal zou het slachtoffer hen verrast hebben met een kopstoot.
Maar de rechtbank gaat uit van de verklaring die de twee bij de politie aflegden en erover spraken dat ook zij een kopstoot uitdeelden. De verhaalhaler is daarop gevallen waarop de twee helemaal los gingen. De rechtbank: "De mannen hebben volstrekt disproportioneel hun agressie afgereageerd door het slachtoffer meermalen te stompen en te slaan tegen het hoofd en te trappen en te schoppen tegen het lichaam."
De politie bestudeerde de beelden van de vechtpartij die vanaf het Stationsplein vlak voor de spoortunnel zijn opgenomen. Zij telde dat de Huizer negen keer tegen het lichaam van het slachtoffer schopte en dat zijn maat hem zeven maal tegen het gezicht en lichaam heeft geslagen.
Roof speelplek
HILVERSUM Twee mannen, die zondag rond 18.45 uur aan het basketballen waren op de speelplek langs de Neuweg, zijn op dat moment beroofd door twee mannen die daar op een bankje zaten.
De twee basketballers hadden hun jas en tas bij hun fietsen neergelegd. In die tas zaten onder meer een telefoon en bankpas. 'Kassa' moeten de jongens die op het bankje zaten hebben gedacht. Zij pikten de tas en een jas en gingen er vandoor richting de Gijsbrecht van Amstelstraat. Mogelijk gingen zij al de Violenstraat in.