De aula op de dag na het incident.
De aula op de dag na het incident. Foto: Bastiaan Miché

Slachtoffer in verwarde toestand

Vervolg van de voorpagina

De man die door de agent uiteindelijk werd neegschoten, was vlak daarvoor nog met zijn auto door de aula van de begraafplaats gereden en had daar een grote ravage veroorzaakt. De agent, aldus het OM, had al eerder geprobeerd het slachtoffer met het gebruik van pepperspray aan te houden. "Maar doordat dit geen enkel effect had en hij de aanval niet op andere wijze kon stoppen, heeft de politieagent gebruikgemaakt van zijn vuurwapen.”
Vervolgens, aldus het OM, loste de diender ook zonder effect een waarschuwingsschot en volgde er één schot op het bovenlichaam van het slachtoffer. In de visie van het OM was dit gebruik van het vuurwapen onder de betreffende omstandigheden gerechtvaardigd. “Gelet op de korte afstand was een schot gericht op de benen geen effectieve reactie op de aanval. Het feit dat het slachtoffer in de borst werd geraakt terwijl de agent op de buik richtte, kan de agent, mede met het oog op de zeer korte schootsafstand, niet worden verweten.”
Uit het onderzoek door de Rijksrecherche is duidelijk dat het slachtoffer ten tijde van het incident in zeer verwarde toestand verkeerde. De familie van het slachtoffer liet destijds weten dat de man in een psychose verkeerde en al opgenomen had moeten worden.
Het OM benadrukte dat het geweldsmonopolie dat de politie heeft met zich meebrengt dat het gebruik van het vuurwapen door agenten altijd grondig onderzocht moet worden. "Dat is zeker het geval als de gevolgen ervan zo ingrijpend en tragisch zijn als bij het incident in 's-Graveland op 27 mei 2020. Het onderzoek door de Rijksrecherche maakt duidelijk dat in dit geval het gebruikte geweld gerechtvaardigd is. Er is voor het Openbaar Ministerie dan ook geen aanleiding om vervolging in te stellen.”