Afbeelding
Foto: Bastiaan Miché

Juiste fundament leggen onder het Hilversumse
toekomstvisiedebat

Hoe Hilversum in 2040 eruit moet zien, heeft de gemoederen flink beziggehouden en gaat dat in 2021 ook doen als dit gesprek met alles en iedereen ook daadwerkelijk op de agenda staat. Stichting Hilversumse Architectuurprijs (HAP) heeft het cijfermatige voorwerk gedaan als betrouwbaar fundament van een ongetwijfeld boeiend debat.

Foto's: Bastiaan Miché

Het besef moet er zijn dat aan alles maar ‘meer, meer, meer’ een grens zit. Meer woningen en meer arbeidsplaatsen vragen bijvoorbeeld meer van de mobiliteit en dat terwijl Hilversum omringd is door natuurgebieden, waar dus eveneens meer druk op komt te staan. Dat vraagt om goede en scherpe keuzes als het gaat om Hilversum in 2040.

Onder dat Omgevingsvisiedebat moeten betrouwbare cijfers liggen. Die heeft HAP naar eigen zeggen nu gepresenteerd. “Laat de cijfers dan maar hun werk doen”, zegt HAP-voorzitter Peter van Dulst als hij het heeft over hun gepubliceerde naslagwerk Op naar 2040! De toekomst van Hilversum. Na de gevoerde discussies en de opgedane ervaringen in 2020 besloot de stichting eind vorig jaar meer cijfers en informatie op te diepen. Die cijfers moeten helpen bij de discussie met de hele gemeente over de Omgevingsvisie.

Deze opgediepte gegevens moeten dienen als stevig fundament voor de te houden participatie die dit jaar van start gaat. Inmiddels loopt de aanbesteding. Wethouder Floris Voorink van Omgevingswet hoopt in april een extern bureau te hebben die dan kan beginnen met het uitgebreide participatieproces. Volgens de VVD'er krijgt 'alles en iedereen de mogelijkheid zijn of haar stem te laten horen'. Aan het einde van dit jaar haalt de gemeente het net op qua inbreng van inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden.

Halt toeroepen

HAP had genoeg tijd om dieper in de materie te duiken, aangezien de meerderheid van de Hilversumse politiek de sleutelgebied-plannen van het college van burgemeester en wethouders (B&W) vorig jaar juli een halt toeriep. Geen tienduizend extra woningen en arbeidsplaatsen in Hilversum, zoals de ambitie was van B&W als onderdeel van de Metropoolregio Amsterdam (MRA), maar eerst een goede en degelijke raadpleging van inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden. Om een goed en zuiver debat te kunnen voeren, zijn betrouwbare cijfers nodig, is de stelling van HAP.

HAP-frontman Van Dulst heeft vorig jaar - toen de maatschappelijke en politieke discussie over het ‘tienduizendwoningplan’ enorm oplaaide - al eens gezegd dat er gegoocheld werd met cijfers en prognoses. In zijn optiek kwam het erop neer dat de gemeente er een handje van had gegevens te gebruiken die het beste pasten bij het verhaal voor het MRA-sleutelgebied. In de afgelopen periode is de HAP op zoek gegaan naar betrouwbare cijfers. Die heeft zij vooral gevonden bij het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Ook is er gebruikgemaakt van de Woonmonitor Gooi en Vechtstreek 2020 en de Structuurvisie 2030.

De gemeente goochelde met cijfers en prognoses, aldus de stichting

“Voor de onderbouwing van welke toekomstplannen dan ook zijn betrouwbare cijfers van belang. De cijfers die tot nu toe gepresenteerd zijn, geven te weinig onderbouwing voor een goede toekomstvisie. In het debat van vorig jaar zijn veel oneliners de revue gepasseerd over de bevolkingsopbouw, de woningbehoefte, de natuurwaarden, en nog veel meer. Kenmerkend was het gebrek aan verifieerbaarheid van de ingenomen posities”, staat in het document Op naar 2040! De toekomst van Hilversum.

Drastische uitbreiding

In 2020 zijn er diverse stellingen geponeerd door het college. In het zoeken naar betrouwbare cijfers zijn die oneliners het vertrekpunt geweest, staat in het naslagwerk van HAP. Pijnlijk is het om te zien hoe deze gegevens die diverse gemeentelijke kreten ontkrachten. Neem de ontwikkeling van de bevolking tot en met 2040. “Tijdens de behandeling van de plannen voor een drastische uitbreiding van de Hilversumse woningvoorraad in de zomer van 2020 is ter verdediging het argument gehanteerd dat: ‘we nu tienduizend woningen moeten bouwen om te voorkomen dat het aantal Hilversummers nog verder terugloopt en de voorzieningen in gevaar komen”, schrijft HAP.

Wat zeggen de cijfers? In 2019 telde Hilversum 90.238 inwoners en waren er 42.515 particuliere huishoudens. Het CBS 2018 zegt dat het aantal inwoners stijgt naar 96.600 en het aantal huishouden naar 44.300 en volgens ABF PRIMOS 2019 telt Hilversum in 2040 100.000 inwoners en 46.000 huishoudens. Dat leidt tot de conclusie van HAP dat het aantal huishoudens maximaal stijgt met circa 3.500. “Dat aantal is van belang omdat het aangeeft hoeveel woningen erbij moeten komen. Het draagvlak voor de voorzieningen is dus niet in de gevarenzone.”

Noemenswaardig

Zo blijkt ook dat de vergrijzing in Hilversum helemaal niet zo groot zal zijn als is gesuggereerd. Hilversum blijft onder het landelijk gemiddelde zitten. Van de 90.900 inwoners die Hilversum in 2020 telde, waren er 17.400 ouder dan 65 jaar (19,1 procent, landelijk 19,5 procent). Over negentien jaar, als er volgens het CBS 96.600 Hilversummers zijn, zijn er 23.700 inwoners van 65 jaar en ouder. Dat is 24,5 procent tegenover het landelijk gemiddelde van 26,1 procent. Daarmee zijn de gevolgen van de vergrijzing dus noemenswaardig, is de conclusie van de stichting.

Belangrijk onderwerp is de ontwikkeling van de woningvoorraad. Hilversum wilde dus maximaal tienduizend woningen toevoegen. Zoals Van Dulst al eens eerder zei: dat is een nieuwe wijk à la Kerkelanden bijbouwen en dat binnen de bestaande gemeentegrenzen. HAP gaat uit van 3.500 extra huishoudens zoals ABF PRIMOS aangeeft. Dat is de prognose met de meeste groei.

Autonome groei

Uit de Bevolkingsprognose Noord-Holland 2019-2040 blijkt dat er in de gehele Gooi en Vechtstreek behoefte is aan 10.400 woningen, omdat er 11.500 huishoudens bij komen. Als de college-ambitie gerealiseerd zou worden, dan bouwt Hilversum dus in zijn eentje de hele woningbehoefte van de regio. "Het bouwen van meer dan 3.000 tot 3.500 woningen dient een ander doel dan het opvangen van wat we de autonome groei noemen. Hilversum bouwt het surplus voor de regio of voor gemeenten buiten de regio”, is te lezen in het naslagwerk.

Overigens valt nog maar te bezien of de realisatie van zo veel mogelijk woningen in 2040 een reële optie is. Het verleden toont aan dat er jaarlijks 250 woningen bij komen in Hilversum. Daarnaast zijn er niet veel makkelijke ontwikkellocaties meer. Het is voornamelijk inbreiden, zoals dat heet. Dat zijn veel complexere (bouw)processen, waar niet eens enorme klappen gegeven kunnen worden als het gaat om grote aantallen woningen. Tenzij Hilversum kiest voor hoogbouw. Gezien de lastige opgaven en het bouwtempo van de laatste jaren zouden er 5.000 woningen bij kunnen komen. HAP denkt dat dit er eerder 3.500 tot 4.000 zullen zijn, wat dan mooi strookt met de becijferde woningbehoefte in 2040.

15 sociale huurwoningen

Wat Van Dulst zelf een verrassend gegeven vindt, is de kwestie rondom de sociale huurwoningen. Hoewel de woningcorporaties aangeven meer van deze woningen te willen bouwen, spreekt de praktijk duidelijk boekdelen. In de periode 2016-2020 zijn in totaal 1.320 woningen opgeleverd, waarvan een derde sociaal moet zijn. Dat is in Hilversum immers de regel. “Maar per saldo is het aantal toegevoegde sociale huurwoningen niet hoger dan vijftien”, meldt de HAP-frontman, die zelf een werkend leven lang in de corporatiewereld heeft gezeten. Naar zijn mening hebben de drie Hilversumse corporaties dan wel iets uit te leggen.

“Als in de opgeleverde nieuwbouw de laatste vijf jaar een derde van het totaal, dus ruim vierhonderd sociale woningen zijn toegevoegd aan de voorraad, terwijl er via de achterdeur 385 verdwijnen, dan komt het pleidooi van de corporaties in een merkwaardig licht te staan”, concludeert HAP. “Het is nauwelijks geloofwaardig uit te gaan van een tekort van enkele duizenden sociale woningen als diezelfde corporaties nauwelijks iets hebben gedaan om de voorraad te laten toenemen. Het lijkt hard nodig het beleid van het Rijk, de gemeente en de corporaties nog eens tegen het licht te houden”, luidt het advies.

De grens van wat Hilversum nog aankan, komt echt in zicht. Meer woningen, meer arbeidsplaatsen en meer verkeer gaan ervoor zorgen dat er duidelijke keuzes gemaakt moeten worden. Daarbij spelen maatschappelijk draagvlak en financiële haalbaarheid een grote rol. Door het ‘meer, meer, meer’, zoals Van Dulst dat noemt, neemt de druk op de omringende natuur eveneens toe. Nu al worden de randen van de natuur opgezocht in diverse plannen. De HAP-voorzitter haalt verdichtingsplannen aan voor het Kamrad en verwijst daarmee naar de ‘Kansenkaart’ die in het Ecorys-rapport staat. Is dat de kant die Hilversum op wil?

Weg over de hei

“De conclusies die we hebben opgeschreven in dit naslagwerkje raken bijna allemaal de resterende natuurgebieden. Toename van het aantal huishoudens vergroot de recreatiedruk. De toenemende mobiliteit en druk op de bestaande wegenstructuur brengt de discussie over de weg langs de Erfgooiersstraat en de weg over de hei weer in beeld”, meldt de stichting. “Tot voor kort hanteerde Hilversum een piramidemodel voor de stad: hoogbouw in het centrum mogelijk maken en laag in de periferie. De discussie over hoogbouw in Hilversum-Noord en andere gebieden breekt met deze visie. Het illusielandschap is nauwelijks meer een illusie als in de periferie van Hilversum hoogbouw verschijnt", zijn de kristalheldere slotwoorden.

Wie zelf lekker wil grasduinen in het 21 pagina's tellende naslagwerk verwijzen wij naar de website van de stichting. Op www.hilversumsearchitectuurprijs.nl zijn de cijfers en conclusies te vinden.

Afbeelding